Cultuur is van en voor de samenleving. De overheid is er alleen om cultuur te stimuleren, niet om het volledig te betalen. Dat beleid heeft de cultuursector versterkt.
Wij vinden dat kunst en cultuur toegankelijk horen te zijn voor iedereen. Subsidies moeten dus niet alleen naar Amsterdam gaan, maar verspreid worden over het hele land. De overheid stelt zich daarbij neutraal op, want volkscultuur is ook cultuur. Zo kunnen bijvoorbeeld festivals ook in aanmerking komen voor subsidie.
Kunst moet tentoongesteld worden en niet worden verstopt in stoffige depots. Als iets het niet waard is om te laten zien, dan is het tijd voor een museum om er afscheid van nemen. Dat zorgt ook voor budget om nieuwe werken aan te kopen.